Puber perikelen

Met ongeveer 6-7 maanden begint de pubertijd en is de pup geen pup meer maar ook geen volwassen hond.  Een hond kan er wel heel volwassen uitzien, maar dat houdt niet in dat hij al volwassen is! Opeens lijkt het alsof hij alles wat hij geleerd heeft vergeten is en er bananen in zijn oren zitten. Wat is er aan de hand? Is alle training voor niets geweest en wat kun je doen om hem hier doorheen te helpen.

Wat gebeurt er in de pubertijd

De pubertijd wordt opgang gebracht door de verandering van de hormoonspiegels in het bloed. Het gaat daarbij om o.a.  testosteron, progesteron en oestrogeen.   Deze hormonen hebben invloed op hoe een hond zich voelt en dat uit zich weer in gedrag.  Onder invloed van hormonen ontwikkelt het lichaam van de hond zich. Hormonen en gedrag zijn daarom onlosmakelijk met elkaar verbonden.

Testosteron maakt o.a. dat een hond zich zekerder voelt en zorgt voor de spier en skeletopbouw. Wanneer reuen geslachtsrijp worden, krijgen zij een enorme testosteron piek in hun bloed. Het testosteronniveau in het bloed is dan 7x hoger dan bij een volwassen reu. Dit geeft verandering in de geur die hij afscheidt en zorgt ook voor gedragsveranderingen bij andere reuen die je ontmoet.  De puber reu kan een beetje macho overkomen maar tegelijkertijd zie je dat hij daar niet helemaal zeker over is. Hij geeft gemengde signalen af.  Het kan gebeuren dat je puber reu ineens te maken krijgt met correcties van volwassen reuen. Reuen in de pubertijd gaan zich heel anders gedragen. Spel met andere honden verandert dan snel in hoge opwinding en het bestijgen van andere honden.

Onder invloed van oestrogeen kan een teefje zich anders gedragen dan normaal; prikkelbaar, teruggetrokken of onrustig. Ze heeft last van stemmingswisselingen en kan wat onzeker worden. Ook teven die normaal gesproken prima met andere honden overweg kunnen, kunnen nu met een snauw of een snap duidelijk maken dat die ander toch echt op afstand moet blijven

Een reu kan waarnemen wanneer een teefje een hoog oestrogeengehalte heeft en dit heeft dus indirect invloed op zijn gedrag. Ook zorgen deze hormonen ervoor dat een geur van bijvoorbeeld een hond van het andere geslacht meer betekenis krijgt.

Groeispurt & Groeipijn

Daarnaast krijgen de honden kort na het begin van de pubertijd  een groeispurt. Meestal ontwikkelt de achterhand zich eerst waardoor de billen van je hond hoger staan dan de schoft en zie je een overbouwde hond. Daarna volgt de groei van de voorhand. Dit is de laatste groeispurt en hebben ze hun uiteindelijke hoogte bereikt en vindt er geen lengte groei meer plaats. Wel groeien ze nog in de breedte en ontwikkelen de spieren zich verder. Groeien kost heel veel energie en de hond moet leren hoe hij zijn nieuwe lichaam moet en kan aansturen.
Groeipijn is de meest voorkomende klacht die tijdens de groeispurt kan ontstaan.  De groei van het bot niet is in verhouding is met de groei van de bloedvaten. Hierdoor vernauwen de bloedvaten waardoor er stuwing in het beenmerg en vochtophoping onder het beenvlies kan optreden. Hier kan de hond heel veel last van hebben.

Hersenen

Ook gebeurt er veel in de ontwikkeling van de hersenen van de puber hond  en kunnen ze meer zien en ruiken waardoor ze meer informatie kunnen verwerken.  Het limbische brein, het
onderdeel dat met emotie en stress te maken heeft, is bij de puber iets groter dan bij een pup of volwassen hond, dus een puber is emotioneler en creatiever. Dit terwijl de neocortex, dat zorgt voor remmingen, juist nog onvoldoende ontwikkeld is. Heel veel pubergedrag is te verklaren vanuit een te veel aan emotie en/of een afwezigheid van remmingen. Daarom kunnen pubers het ene moment nadenken en het volgende moment… niet. Sterker nog, de prikkels die door de (bewust denkende) hersenschors zouden moeten gaan, worden direct omgeleid via het limbisch systeem, dat primaire reacties en emoties bestuurt. Hierdoor krijg je totaal overtrokken reacties.

“Hij doet het niet meer”

De ontwikkeling van het brein gaat in horten en stoten omdat soms stevige verbindingen, zoals het begrijpen van het commando ‘zit’, verdwijnen en dus hersteld moeten worden. Ook kunnen zwakke verbindingen, bijvoorbeeld het opspringen naar mensen of het slopen, door een overschot aan emotie verstevigd worden waardoor wij als eigenaar weer ons best moeten doen om ze af te zwakken. Hij heeft geen controle over zijn emoties en krijgt als het ware kortsluiting in de hersenen. Mensen zeggen dan ‘hij weet het wel, hij wil gewoon niet luisteren’ of misschien ‘hij is ongehoorzaam’. Maar wat er eigenlijk gebeurt is dat de hond zo’n oefening vaak niet kan uitvoeren. Dit kan ook komen doordat ze even onvoldoende controle over hun lichaam hebben, of door alle veranderingen even het vertrouwen kwijt zijn dat hun lichaam niet reageert hoe ze dat willen. Ze kunnen er dus niets aan doen!

Je begint met een puber best vaak weer helemaal opnieuw aan oefeningen, maar soms kunnen pubers ook opeens hele sprongen maken in hun begrip van een oefening. In deze periode kunnen hun hersens heel weinig aan. Het kan wisselen van dag tot dag of zelfs van uur tot uur. Begin dus altijd een oefening op een laag niveau en bouw de oefening op in de snelheid die de hond op dat moment aankan.

Angstfase      

                                     

Afstand – Tijd – Steun

Daarnaast zit je puber tussen de 6 en 9 maanden in een angstfase. Het kan opeens gebeuren dat je puber erg bang wordt van bijvoorbeeld een paal, vreemde mensen en/of andere voorwerpen. Ook kunnen bekende situaties opeens heel erg eng worden.

Deze angstfase zorgt ervoor de hij niet in zeven sloten tegelijk loopt en dat hij leert op te passen. Voor jullie is deze fase behoorlijk pittig. Socialisatie is iets dat eigenlijk een heel leven lang doorgaat. Het principe van ‘use it or lose it’ speelt hierbij een grote rol. Het herhalen van relevante ervaringen uit de puppytijd is dus belangrijk.  Zeker in deze fase is het belangrijk dat hij positieve, ontspannen ervaringen opdoet. Een slechte ervaring heeft nu heel veel impact!
Als je puber van iets schrikt, laat hem dan rustig kijken. Dwing hem niet om dichterbij te komen, maar combineer het kijken naar de prikkel met rustige stem en geef hem wat voertjes. Hierdoor ontstaat een positieve associatie met de prikkel. Neem eventueel meer afstand van de prikkel. Komt hij tegen je aan staan, ondersteun hem dan en laat hem rustig vanaf daar kijken. Stap hij vanzelf dichterbij? Super! Belonen.

De volgende angstfases zijn met ca. 9 maanden, 14 maanden en 18 maanden. Deze angstfases duren gemiddeld 2 weken. Hij kan dan ineens schrikken en bang zijn voor iets waar hij voorheen niet bang voor was. Dit kan zich uiten in onzekerheid en hij kan  gevoeliger reageren.

Hoe ga je er mee om?

Als je een goede basis hebt gelegd bij je pup en deze heeft geleerd om de juiste keuzes te maken dan zul je daar profijt van hebben. Wanneer je hond heeft geleerd dat bepaalde keuzes heel veel opleveren, dan zal hij dat als puber nog steeds doen.

Onderzoek welke beloning voor jouw puber hond het meest waardevol is. Dit kan ook een trekspelletje zijn. Zet eens gerookte kipfilet  of kaas in. Varieer in beloningen

  • Blijf je regels duidelijk hanteren
  • Blijf geduldig en beloon gewenst gedrag
  • Beloon in moeilijke omgevingen net iets vaker dan normaal
  • Zorg dat je hond weer succes kan behalen en ga weer belonen voor commando’s
  • Wacht tijdens de wandeling totdat ze uitgesnuffeld zijn
  • Roep je hond niet als hij staat te snuffelen – hij hoort je echt niet!
  • Roep de hond alleen als je bijna zeker weet dat hij gaat komen
  • Doe leuke “hier kom” spelletjes
  • Blijf kalm
  • Begeleid je hond en lijn hem aan

Zorg ervoor dat hij alle kans krijgt om de juiste keuze te maken en zorg ervoor dat die juiste keuze heel, heel erg belonend is.

De puberteit duurt totdat de hond volwassen is, ergens tussen de 3e en 4e jaar, echter de ergste fase is bij de meeste honden tussen de 7e en de 11e maand.